Hemelse vrijheid voor vrouwen
Wat is de plaats van vrouwen in de bediening van Jezus? Hoe gaat Hij te midden van een patriarchale samenleving met hen om? Een blik op Jezus’ geboorte, onderwijs, ontmoetingen en opstanding laat ons zien dat Jezus vrouwen een grotere vrijheid en ruimte biedt dan eeuwenlang het geval is geweest.
In zijn kostelijke bewerking van een dagboeknotitie van Sören Kierkegaard verhaalt Karel Eykman over een boerenerf waarop ganzen rondscharrelen. Op een dag landt daar zwerfgans Sören, hij is broodmager en doodmoe. Al snel turnen ze hem om tot een tamme gans met nette manieren en een dikke buik.
Wanneer het bij Sören kriebelt om de wijde wereld te verkennen, gaat hij naar een kerk waar de ganzendominee rust predikt. De prediker declameert dat wilde ganzen aan gevaar blootstaan, hongerlijden, primitief moeten vliegen. “God schonk ons de boer die ons volop eten geeft, en daarom zien wij er zo glanzend en gezond uit, Halleluja!” zo klinkt het slotappèl.
Maar als Sören wilde ganzen ziet overvliegen, beseft hij dat hij niet voor niets is geschapen met vleugels. Ondanks de ballast van zijn welgevulde buik neemt hij een aanloop en vliegt op naar de hemel, de vrijheid tegemoet. De dominee, de burgemeester en zijn vrouw, de notaris en de winkelier kijken verbijsterd toe en schudden hun kop.
Als zij hadden geluisterd naar die vreemde wilde gans, waren ze óók onrustig geworden en met hem meegegaan. Dan hadden ze misschien een gevaarlijk leven gehad, maar waren ze in ieder geval niet met Kerstmis opgegeten…
Het eerste-eeuwse erf
Op het rabbijnse erf ten tijde van het Nieuwe Testament wil men de vrouw, net zoals gans Sören, vooral temmen. Zo wordt geschreven dat honderd vrouwen niet beter zijn dan twee mannen, dat in levensgevaar verkerende mannen eerder moeten worden gered dan vrouwen, en dat de geboorte van een dochter als een valstrik is voor de vader. De ‘bloedende Farizeeën’ ontlenen in die tijd hun geuzennaam aan het letsel dat ze oplopen wanneer ze hun ogen sluiten als vrouwen aan hen voorbijgaan. Ergens tegenop botsen is immers beter dan ‘verleid worden’.
Vanaf de tweede eeuw voor Christus worden aan vrouwen in de synagogen zelfs aparte plaatsen toebedeeld, op afgeschermde balkons, bereikbaar via een achterdeur. Al met al is er weinig ruimte op het erf voor de Joodse vrouw, met slechts hier en daar een uitzondering.
De Romeinen in die tijd ontmenselijken vrouwen haast door hun enkel de stamnaam en familienaam te geven, maar geen eigennaam. Ouders die bij de geboorte de teleurstelling moeten incasseren als er een dochter is geboren, doden regelmatig hun baby. De mannen die komen van Mars zijn stoere strijders, de vrouwen van Venus mooi en seksueel gewillig, zo is althans het Romeinse ideaal. Het klimaat waarin de vrouw zich beweegt – of juist niet beweegt – is allerbelabberdst. Helse onvrijheid.
Het kerkelijke erf anno 2024
Inmiddels is de situatie van vrouwen aanzienlijk verbeterd. Vrouwen stemmen, vrouwen werken, vrouwen tellen volop mee. Echt volop? Dat nog niet altijd. In onze westerse samenleving ontvangen vrouwen doorgaans minder salaris dan mannen die hetzelfde werk doen, zijn zij vaker dan mannen slachtoffer van grensoverschrijdend gedrag, en moeten zij zich – meer dan mannen – ‘invechten’ om gelijk te worden behandeld.
Menig kerk worstelt met de positie van de vrouw. Mag er nog een verschil zijn tussen vrouwen en mannen? En zo ja, wat betekent dit dan in de praktijk? Is het wenselijk dat vrouwen met leidinggevende gaven hun expertise wél volop inzetten in florerende bedrijven, maar deze gaven dienen te parkeren zodra zij de kerk binnenkomen? En zo zijn er nog volop vragen, over rolverdeling, over ambten in de kerk, en over gavengericht gemeente-zijn. Maar ook angsten spelen mee. Angst voor verandering, voor verwatering van het evangelie, voor eigen posities.
Hoe christenen ook in deze kwestie staan, vaststaat dat met de komst van Jezus, vrouwen revolutionaire vrijheid verkregen.
Het verlossende Woord
In de tijd van Jezus functioneert de familiestamboom als een cv, of als LinkedIn of Instagram. In deze lijsten schitteren heldenrijke mannen uit het verleden, bedoeld om de hedendaagse familie zo sterk mogelijk te presenteren. Mattheüs durft het in zijn evangelie aan om naast voorvaders ook voormoeders te presenteren in zijn geslachtsregister, ongekend! Hij noemt vijf vrouwen, van wie er vier ook nog eens niet-Joods zijn. Zij spelen een essentiële rol bij de geboorte van de Messias.
Later, doorkruist en overstijgt Jezus in zijn onderwijs de gewoonten en sociale structuren van die tijd. Op het vrouwonvriendelijke erf laat Jezus een radicaal ander geluid horen.
In zijn ontmoetingen roept Hij vrouwen tevoorschijn. Zijn conversatie met de Samaritaanse vrouw is voor buitenstaanders ongepast, maar brengt grote vrucht voort. Een overspelige vrouw redt Hij van de dood, waarbij Hij de mannenbroeders confronteert met hun eigen trots en gebrokenheid. Een onreine bloedvloeiende vrouw die na haar genezing met stille trom wil vertrekken, zet Hij in de openbaarheid om haar te prijzen. En ook zijn ontmoeting met de zussen Martha en Maria is baanbrekend: waar Martha haar zus Maria in de traditionele vrouwenrol wil drukken en zich boos maakt, verklaart Maria officieel een leerling van de Rabbi te willen worden door aan zijn voeten plaats te nemen. Zij vertoont hiermee voor vrouwen grensoverschrijdend gedrag, maar in dit geval prijst Jezus haar, omdat zij rolpatronen durft te doorbreken. Ook voor vrouwen spreekt én is Jezus hét Verlossende Woord.
Ná Pasen vliegen vrouwen voluit
Op het moment dat Jezus zijn doodstrijd voert terwijl Hij aan het kruis hangt, staan daar zijn moeder met haar zuster, Maria, de vrouw van Klopas, en Maria uit Magdala. Als in een laatste wilsbeschikking verklaart Jezus de apostel van de liefde, dat is Johannes, tot zoon van Maria, en haar tot diens moeder. Ze ontvangt dankbaar deze blijk van zorg van haar geliefde Zoon, terwijl haar moederhart wordt doorboord.
De groep trouwe vrouwen speelt rondom Pasen een prominente rol. Maria uit Magdala, de ‘andere Maria’, Maria de moeder van Jakobus, Salome en Johanna en ‘nog enkele andere vrouwen die hen vergezelden’ bezoeken de lege graftombe. Als zij vervolgens aan de discipelen verklaren dat Jezus is opgestaan, wordt hun getuigenis getaxeerd als ‘vrouwenkletspraat’.
Niet voor niets is Petrus verwonderd als hun verklaring bewaarheid wordt. Dat Jezus is verrezen gaat boven alles uit, maar ook het gegeven dat vrouwen hiervan de eerste getuigen mogen zijn, verbaast hem zeer. Een dergelijk getuigenis wordt in die tijd als onbetrouwbaar beschouwd. Toch hebben de vrouwen als eerste ooggetuigen groot apostolisch gezag in de vroege kerk. Aan hen is het privilege verschaft de opgestane Heer als eerste te zien, te omhelzen en te verkondigen!
Geboren om te vliegen
Terug naar gans Sören. Zijn anatomie en de hunkering die de Schepper in zijn hart heeft verankerd, wijzen erop dat hij gemaakt is voor méér. Zenuwachtig en verwachtingsvol strekt hij zijn vleugels om de hemel tegemoet te vliegen.
Met de komst van Jezus is hemelse vrijheid neergedaald op de aarde, bij uitstek voor hen die worden verdrukt en beteugeld, zoals vrouwen. Nieuwe vrijheden worden door hen dankbaar ontvangen en verkend. Zij stijgen op tot grote hoogten. Niet uit geldingsdrang of uit eigenwaan. Niet uit rancune. Zij zijn persoonlijk geroepen door hun verrezen Vriend. Om te leren. Om te volgen. Om te verkondigen. Een nieuwe realiteit breekt aan. De grenzen zijn definitief verlegd.
Joël Boertjens is voorganger, spreker en auteur van onder andere het boek Allen voor Eén – vrouwen en mannen samen voor Koning en kerk. Zie voor meer info: https://ruimtevoorhoop.nl/ allen-voor-een